
Voor Joris Spigt, directeur van Mobility Solutions by D’Ieteren, is de tijd dat “mobiliteit” slechts een buzzword in een PowerPoint-presentatie was, definitief voorbij. Tegenwoordig is de ambitie om alle mobiliteitsdiensten van de groep te verenigen rond een geïntegreerde klantgerichte aanpak werkelijkheid geworden. Voertuigen, fietsen, energie, mobiliteitsbudget: D’Ieteren bouwt een volledig, gestructureerd en rendabel ecosysteem uit.
“Wij zijn een servicemerk. Mobility Solutions by D’Ieteren brengt alle mobiliteitsdiensten die de groep ontwikkelt en aanbiedt via haar merken op één lijn. Onze rol is om te luisteren naar de behoeften van de klant en de juiste antwoorden te activeren, op het juiste moment, met de juiste interne partners,” vat Joris Spigt samen.
Van auto’s…
Deze aanpak wordt exclusief toegepast in de B2B-sector, via duidelijk geïdentificeerde contactpersonen. “We werken ofwel met de Fleet Business Units van ons netwerk, ofwel rechtstreeks met Key Accounts, dat zijn klanten met meer dan 200 voertuigen. Negen mensen zijn dagelijks onderweg om deze bedrijven te begeleiden, waarbij elk een portefeuille van ongeveer 50 klanten beheert.”
Iedereen weet het: de kernactiviteit van D’Ieteren is van oudsher de auto. “Elk automerk van de groep heeft zijn eigen fleetmanager met een duidelijk omschreven rol,” legt Joris Spigt uit. “Deze fleetmanagers onderhouden contact met de fabriek, onderhandelen over commerciële voorwaarden en werken met ons samen om de link met de klant te leggen. Maar het is ons team dat het directe contact met de bedrijven onderhoudt. Die klantgerichte rol ligt bij ons.”
Soms kruisen de rollen elkaar. “Het kan gebeuren dat een fleetmanager van een merk ons vergezelt naar een klant. Als een prospect bijvoorbeeld nog niet bekend is met Cupra, roepen we Yann Labarbe erbij om het merk en zijn troeven voor te stellen. Maar dat is niet hun hoofdtaak.”
… naar mobiliteit

Concreet wordt, zodra een behoefte bij een klant wordt geïdentificeerd en geanalyseerd, een gepersonaliseerde oplossing aangeboden. “Als een klant geïnteresseerd is in een mobiliteitsbudget, neemt Mbrella het over. Voor fietsleasing schakelen we Joule in. Voor fietsen activeren we Lucien. Voor fiscaliteit of financiële diensten vertegenwoordigen we ook VDFin, enzovoort. Het idee is om de klant te laten begrijpen dat hij alles bij één partner kan vinden: D’Ieteren.”
Maar hoe is deze “multimodale” aanpak ontstaan? Deze dynamiek is geboren binnen LabBox, de incubator van D’Ieteren, die nu een stap terug heeft gezet. “LabBox was onze ideeënfabriek. Het stelde ons in staat om te testen, te falen, te slagen. Het heeft geleid tot de oprichting van Poppy, Mbrella, Lucien, MyMove, Joule… Vandaag staan deze structuren op eigen benen. Zij zijn degenen die innoveren.”
Een sprekend voorbeeld: MyPop, een abonnementsaanbod voor deelauto’s, ontstaan bij Poppy. “Het waren de teams van Poppy die de behoefte zagen, het model ontwierpen, de dienst testten en lanceerden. En het werkt.”
Geen loze beloftes, maar economische realiteit!
Zeg niet tegen Joris Spigt dat dit mobiliteitsecosysteem van een marketingconcept naar een concrete set van diensten is geëvolueerd… “Nee, het was geen communicatiestunt. Sinds 2018 heeft D’Ieteren zwaar geïnvesteerd in diensten zoals Poppy, Mbrella en Lucien. Dit zijn nu scale-ups die grotendeels rendabel, gestructureerd en levensvatbaar zijn. We kunnen onze CEO, Denis Gorteman, alleen maar bedanken voor zijn visionaire aanpak!”
Hij haalt een veelzeggende statistiek aan: “Een auto vertegenwoordigt gemiddeld 50.000 euro aan omzet, een maandabonnement bij Mbrella kost 4 euro. Dat is niet te vergelijken qua omzet. Maar bij onze B2B-klanten gebruikt 27% naast de auto minstens één andere mobiliteitsdienst. En 12% gebruikt er zelfs twee of meer naast de auto. Dat is aanzienlijk.”
En hij voegt eraan toe: “We hebben een unieke positie op de Belgische markt. Het is aan ons om ons daarvan bewust te zijn… en ernaar te handelen. Met al deze spelers en ons distributienetwerk zijn wij de architecten van een geïntegreerde en multimodale mobiliteit.”
Toonaangevende diensten: Mbrella, Lucien, Joule, D’Ieteren Energy…
Onder de merken met groot potentieel staat Mbrella waarschijnlijk bovenaan de lijst. “Vanaf 1 januari 2026 wordt het mobiliteitsbudget waarschijnlijk verplicht voor iedereen met een bedrijfswagen. En zoals altijd in België zal iedereen wachten tot december om te reageren. Bij Mbrella heb ik de teams gewaarschuwd: geen vakantie aan het eind van het jaar, de lijnen zullen roodgloeiend staan. (Lacht)”
Lucien, de fietsenketen, heeft zich al gevestigd als een belangrijke speler. En Joule, specialist in fietsleasing, heeft onlangs enkele grote contracten in de publieke sector binnengehaald. “In Vlaanderen hebben we al enkele honderden fietsen geleverd voor leerkrachten. En dat zal versnellen: we spreken over 4.000 tot 5.000 fietsen die dit jaar via cafetariaplannen geleverd worden. Op termijn zullen alle openbare diensten worden benaderd. De fietsmarkt heeft dus een mooie toekomst, temeer omdat Joule-contracten ook via Lucien kunnen lopen, maar dat is niet noodzakelijk.”
Net als D’Ieteren Energy, dat laadinfrastructuur, energiebeheeroplossingen en laadpassen uitrolt. “In Vlaanderen zijn sommige bedrijven zelfs verplicht om zonnepanelen te installeren vanaf een bepaalde verbruiksgrens. Ook die industriële projecten begeleiden we.”
Een bewust gedecentraliseerd ecosysteem
“Het is beter om elke structuur op zijn eigen manier te laten ontwikkelen. Poppy kent carsharing beter dan wij. Joule beheerst fietsleasing als geen ander. Natuurlijk werken we samen, maar hun autonomie is een kracht. Ze moeten kunnen testen, falen en slagen zonder beperkingen.”
En het idee van een multimerk, multiservice en volledig digitale configurator? Dat blijft een droom voor de directeur van Mobility Solutions by D’Ieteren. “Dat zou mijn ideaal zijn: één tool waarmee de klant zijn auto, fiets en diensten kiest. Maar het is complex. De merken blijven afhankelijk van de fabrieken, de markt is nog niet rijp en vooral, het vak is extreem technisch geworden.”

Mobiliteitsmanagers moeten omgaan met HR, CFO’s, fiscale beperkingen, aantrekkelijkheidsuitdagingen… “Het is vandaag een echt vak. Mobiliteitskeuzes maken zonder begeleiding en berekeningen is niet realistisch. Maar we komen er wel.”
En zouden we ooit Mbrella- of Lucien-corners zien in de showrooms? “Dat bestaat al, zoals bij Mobilis, het nieuwe D’Ieteren Mobility Center dat onlangs in Anderlecht werd geopend.”
Een pleidooi voor meer politieke samenhang
Joris Spigt grijpt het gesprek aan om een boodschap te richten aan beleidsmakers: “De mobiliteitssector verdient het om beter gehoord te worden. Als ik zie hoe plug-in hybrides zijn behandeld, of de absurde voorstellen rond de TMC in Wallonië, denk ik dat we ons op feiten moeten baseren. Er zijn experts in dit land. Luister naar hen.”
Hij herinnert eraan dat het D’Ieteren-ecosysteem niet gering is: “Bijna 3.000 medewerkers in België. Als we alle mobiliteitsspelers meetellen, zou het een grote economische sector zijn.”
Tot slot, nu hij toch bezig is met kritische noten, wijst Joris Spigt op iets wat hem stoort aan het huidige mobiliteitsbudget: “Ik ben niet overtuigd van de mogelijkheid om het mobiliteitsbudget te gebruiken voor het financieren van een woonkrediet of huur. Dat is geen mobiliteit. Dit budget is gecreëerd om een bedrijfswagen van de weg te halen. Maar als een werknemer dat budget voor zijn woning gebruikt, koopt hij daarnaast vaak een vervuilendere auto.”
#Auto #Fleet Management #Mobiliteit
