SUV mag dan wel koning zijn in autoland, de kleine stadswagens verweren zich kranig. Ook de Skoda Fabia, die een grondige evolutie onderging. FLEET deed de test met de op één na krachtigste variant.
De grootste verandering bij de Fabia, is het platform waar hij op ligt. Net als bij de Volkswagen Polo of de Seat Ibiza is dat immers nu het MQB A0-platform. Dat betekent helaas dat de dieselmotoren en de breakvariant van de stadswagen op de schop gaan, maar de Tsjech krijgt er heel wat tech voor in de plaats, waarover later meer. Nog belangrijker is de groeispurt die de Fabia hierdoor kan ondergaan. Meer dan 11 centimeter langer, 9,5 centimeter daarvan tussen beide assen, en bijna 5 centimeter in de breedte. De koffer groeide ook fors, tot 380 liter. Groter dan een Volkswagen… Golf!
Binnen zijn segment werpt de Fabia zich dan ook op tot een ruimtekoning. Zelfs wat grotere volwassenen zullen zich niet dubbel moeten plooien op de achterbank. En dan is er nog die gezonde dosis nieuwe technologie waar we eerder over spraken: een centraal aanraakscherm (6,5, 8,0 of 9,2 inch afhankelijk van het uitrustingsniveau) en optioneel een digitale instrumentencluster van 10,25 inch zijn de grootste blikvanger. Dan is er nog draadloze Android Auto of Apple Car Play, semi-autonoom rijden met de adaptieve cruise control en lane assist en heel wat USB-C poorten om de tablets en smartphones van het hele gezin op te laden. Gelukkig blijft de Tsjechische stadswagen ook een beetje analoog, met knoppen voor de belangrijkste functies zoals de airco. Dat er nog wat harde plastics in het interieur te spotten zijn, is tot slot spijtig, maar normaal gezien de prijsklasse waar de Fabia in speelt.
Benzinekuur
Zo technologisch als de Fabia vanbinnen is geworden, zo oldschool blijven de motoren. Geen elektrische versie. Zelfs geen hybride variant en ook een 48 voltssysteem is hem vreemd. Neen, de Fabia lust enkel benzine, via een 1.0 driecilinder (65 tot 110 pk, al dan niet met turbo) en een 1.5 viercilinder (150 pk), motoren die gekoppeld kunnen worden aan manuele versnellingsbakken met vijf of zes verhoudingen en een DSG-automaat met 7 verzetten.
Wij voelden de sterkste driecilinder (110 pk) aan de tand, gecombineerd met de manuele zesbak. Een zeer degelijke combinatie, want in vergelijkbare modellen van de Volkswagengroep misten we toch die zesde versnelling. Snel of snedig is die motor niet, maar vanaf zo’n 2.000 toeren ontplooit hij wel soepel zijn kracht, gecombineerd met een aanstekelijke “driecilinderroffel”. Veel schakelen is dus de boodschap. Het stuur is dan weer licht en vrij direct, wat hem prettig om rijden maakt, zeker in de drukke stadscentra.
Conclusie
De Fabia werd groter, praktischer, technologischer… maar loopt motorisch wel op zijn laatste benen, want veel van zijn concurrenten zijn op zijn minst bezig met milde hybridisering. We zijn benieuwd wanneer elektrificatie zijn weg vindt naar de kleinste jongen van het Skodagamma.
Foto’s Skoda Fabia
