Verbrandingsmotoren: Japanners geven tegengas

Toyota kondigde onlangs samen met Mazda, Subaru en motofabrikanten Yamaha en Kawasaki aan om op verschillende fronten te werken aan een toekomst voor de verbrandingsmotor. De Japanse constructeurs gaan daarmee in tegen de eenrichtingsstraat van elektrificatie die de meerderheid van de automobielindustrie is ingeslagen. Ze mikken wel op duurzame alternatieven zoals waterstof en biodiesel om de verbrandingsmotor nieuw leven in te blazen.

Enkele Japanse autofabrikanten zijn er niet van overtuigd dat de overstap naar volledig elektrisch rijden de enige piste is voor de nabije toekomst. Toyota stuurde daarover onlangs een persbericht de wereld in. Het stelt daarin dat in 2040 nog niet iedereen wereldwijd over kan gaan op elektrisch rijden. Reden voor de Japanse constructeur om – net als zijn bovenvermelde partners - een belofte over de uitfasering van de brandstofmotor niet te tekenen. Toyota en enkele andere Japanse auto- en motorfabrikanten zetten deze visie nu kracht bij door aan te kondigen dat er meer inzet zal komen op alternatieve brandstoffen. Dat juist Toyota het voortouw neemt, is geen detail. De Japanse constructeur is op heden de grootste autofabrikant ter wereld en kan dus wel wat gewicht in de schaal werpen. 

COP 26: geen consensus 

Toyota zegt in zijn statement dat het een belofte om uiterlijk in 2040 wereldwijd alleen nog uitstootvrije auto’s te verkopen in het kader van COP 26 in Glasgow niet heeft ondertekend omdat dit niet realistisch is. De Japanse constructeur wijst erop dat veel regio’s waar het zijn auto’s verkoopt, zoals in Azië, Latijns-Amerika en Afrika, tegen die tijd nog niet de infrastructuur zullen hebben om elektrische en waterstofauto’s te kunnen gebruiken. Bestuurder Kohei Yoshida van Toyota’s elektrische divisie stelt dat er ‘meerder manieren zijn om CO2-neutraal te worden’. Daarbij is het volgens hem belangrijk dat ze ‘aan alle landen en regio’s en verschillende omgevingen en plaatsen denken’. Behalve Toyota besloten ook Volkswagen, Renault-Nissan, Hyundai-Kia en Stellantis niet te tekenen.  

Overigens hebben nog wel meer merken hun bedenkingen bij een eenzijdige elektrificatie. Topman Oliver Zipse van BMW waarschuwt dat een einddatum voor auto’s op fossiele brandstoffen zelfs een averechts effect zou kunnen hebben. Hij is van mening dat als er geen nieuwe auto’s met verbrandingsmotoren worden toegelaten mensen dan langer in hun oudere, vervuilendere auto’s blijven rondrijden.

Via de autosport 

Toyota, Subaru, Mazda, Kawasaki en Yamaha komen dus met een gezamenlijke verklaring, waarin de plannen uit de doeken worden gedaan. Er zijn drie pistes. Piste 1 is racen met CO2-neutrale brandstoffen. Mazda werkt in de Japanse racerij aan doorontwikkeling van de 1.5 SkyActiv-D dieselmotor om deze klaar te stomen voor een volgende generatie biodiesel. Toyota en Subaru slaan de handen in elkaar om binnenkort in de ‘Taikyu Series’ te racen met synthetische brandstoffen uit biomassa. 

Piste 2 is dat Kawasaki en Yamaha gaan samenwerken aan verbrandingsmotoren die op waterstof lopen. Die moeten dan zowel in motoren als in ‘recreational vehicles’ zoals quads komen. Onlangs liet ook Lexus al zoiets zien, in de vorm van de ROV. Dat is een offroad-buggy met de 1.6-liter driecilinder van Toyota die op waterstof loopt als krachtbron. 

De derde piste is racen met waterstofmotoren. Toyota en Yamaha zijn daar nu al mee bezig en willen hun inspanningen op dat vlak opvoeren. Toyota racet in Japan in de Super Taikyu Race-serie al met een Corolla met een waterstofmotor en is van plan om dat vaker te gaan doen. Toyota’s motorsport-divisie Denso gaat samen met Yamaha de waterstofmotor verder ontwikkelen voor de racerij, met als doel er steeds hogere prestaties uit te halen. Uiteindelijk is het de bedoeling om deze technologie ook te gaan gebruiken in productiemodellen voor de consumermarkt. 

Het omslagpunt: energiemix cruciaal 

De démarche van de Japanse constructeur kan je kaderen in een bredere discussie over wat de meest duurzame weg is naar CO2-afbouw. Het is geen geheim dat er bij de productie van EV’s meer CO2 vrijkomt dan bij die van auto’s met een verbrandingsmotor. Het omslagpunt waarbij de EV zijn meeruitstoot van de productie compenseert door zijn groene profiel eenmaal op de weg, is dus van cruciaal belang in die discussie. En laat dit nou net een moeilijke zijn. Veel hangt immers af van de energiemix in een bepaalde regio. Kiest België bijvoorbeeld voor gas om elektriciteit te produceren, dan kan je dat moeilijk een duurzaam verhaal noemen. In landen zoals Noorwegen is dat een no-brainer. Het land produceert een groot deel van zijn elektriciteit met waterkrachtcentrales die een lage CO2-uitstoot hebben. Idem dito voor Frankrijk, dat zwaar inzet op kernenergie.  

Volvo, dat reeds aangekondigd heeft dat het de komende jaren verbrandingsmotoren volledig uitfaseert, maakte de vergelijking. Zijn nieuwe volledig elektrische C40 stoot tijdens zijn volledige levenscyclus 27 ton CO2 uit wanneer hij de hele tijd op groene stroom rijdt. Rijdt het model op de gemiddelde stroommix (60% fossiele brandstoffen), dan stijgt dat naar 50 ton. Ter vergelijking: een XC40 die op benzine rijdt, stoot 59 ton uit. De elektrische wagen blijft dus in het voordeel, ook als hij op een “bruine” energiemix rijdt. In deze vergelijking wordt echter geen rekening gehouden met alternatieve brandstoffen die minder CO2-uitstoten. Wat net het argument is van Toyota en zijn partners. Ze hebben dus wel een punt, zeker in vergelijking met de “bruine” energiemix. Rijdt de EV uitsluitend op groene energie, dan is het moeilijker om het CO2-gat dicht te rijden met een verbrandingsmotor, ook als hij minder CO2 uitstoot.

Het standpunt van Mobia 

In eigen land hebben de verschillende sectorfederaties Febiac, Renta en Traxio via de overkoepelende belangenvereniging Mobia ook hun standpunt duidelijk gemaakt over de transitie van verbrandingsmotoren naar elektrische voertuigen via hun Mobia Mobility White Paper:  

“Uit verschillende studies (waaronder Test Aankoop en Bloomberg) blijkt dat de prijzen van nieuwe voertuigen met verbrandingsmotor en die met elektrische motor niet binnen de vijf jaar, d.w.z. niet vóór 2026, gelijk zullen zijn. Vandaag liggen de investeringskosten voor een elektrisch voertuig 25 tot 80% hoger dan voor zijn equivalent met verbrandingsmotor. De gebruikskosten zijn lager, maar zelfs dan blijven de totale kosten hoger, vooral voor een particulier. Wij erkennen de dringende noodzaak om het wagenpark te vergroenen en tegelijkertijd – voor zover mogelijk – de keuze van de burger te respecteren. Gezien de vaak onbetaalbare prijzen van geëlektrificeerde voertuigen die momenteel op de markt beschikbaar zijn, denken wij dat de vergroening van het wagenpark sneller zou verlopen indien particulieren ervoor zouden kiezen een nieuwer, milieuvriendelijker voertuig met verbrandingsmotor aan te kopen in plaats van te wachten tot zij een betaalbaar elektrisch voertuig kunnen aanschaffen.” 

#Auto

Lees ook:

Schrijf u nu in op FLOW, de wekelijkse e-letter van FLEET.be!

/ newsletters
FLEET's Flow nieuwsbrief is een wekelijks briefing van het laatste nieuws in de FLEET wereld.
Ontvang de newsletter
/ magazine
Een voorkeur voor print? Ontvang ons magazine FLEET tweemaandelijks gratis in de bus!
Ontvang het magazine